donderdag 22 september 2011

Meer info over Somalië

Salaam alaykum wa Rahmatullaahi wa Barakatuhu,
Zoals iedereen van ons ongetwijfeld weet, heerst er al maanden ernstige hongersnood in Somalië. Maar waar blijft onze hulp? Beseffen wij wel hoe erg de situatie van onze broeders en zusters is, of sluiten wij er bewust onze ogen voor?
Toen onze broeders en zusters in Irak en Afghanistan onze hulp nodig hadden, durfden wij niet te helpen uit angst voor de kuffaar. Nu onze broeders en zusters onze hulp nodig hebben in Somalië... helpen wij niet uit gierigheid! Subhan Allah.Bekijk dit filmpje inshaa Allah, en moge Allah onze harten verzachten en onze imaan versterken, ameen!


Door de hongersnood en droogte in Somalië vluchten er volgens een schatting van de UNHCR 1700 Somaliërs naar Ethiopië en 1400 naar Kenia. De uitgestrekte overvolle vluchtelingenkampen in Dadaab zijn uitgegroeid tot de grootste vluchtelingenkampen ter wereld en het einde van deze groei is nog lang niet in zicht. Zie ook het kaartje hieronder.

DeWereldMorgen.be -


Badiya (25) heeft zojuist wat extra voeding gekregen in het voedingscentrum van Save the Children in Dolo Ado transit, het tijdelijke opvangterrein in Ethiopië, net over de grens met Somalië. Onder haar hijaab tekenen zich twee kleine bobbels aan haar linker- en rechterzijde af. Het blijkt een tweeling te zijn, van net twee maanden oud. Iets meer dan twee maanden geleden sloeg ze hoogzwanger met haar man en vijf kinderen op de vlucht voor droogte en honger. “We verbouwden sorghum (gierst) op ons land en hadden veel geiten, maar ze zijn allemaal doodgegaan van de honger. We hadden geen geld om te vluchten, maar konden een auto lenen van de broer van mijn man. Opeens kwamen de weeën. Mijn man stopte de auto en ik ben langs de kant van de weg bevallen. Na zes dagen in de auto, werden we zeventig kilometer voor de grens aangehouden door Al-Shabaab en moesten we lopend verder. Zodra de regen weer komt, wil ze graag terug naar huis.

Isnino zit in een vluchtelingenkamp in Dadaab. "Ik heb niets, zelfs niet een emmer om water te halen," zegt ze. "We liepen uit Somalië naar hier. We konden alleen maar onze twee kinderen meenemen. Mijn hele lichaam doet pijn, ook mijn benen. We kwamen met de kleding die we dragen," zegt ze. Dat is alles wat ze heeft. Voor Isnino was verhuizen naar Dadaab vanuit Somalië geen makkelijke stap. "Daar had ik een huis. We hadden een boerderij, ook al zou er niets zou groeien. Het is erger hier dan ik gedacht had. Ik ben teleurgesteld en bang en ik hoop op iets beters. Ik had nooit gedacht dat ik zou leven in een vluchtelingenkamp", zegt Isnino. "Op een dag kan ik hulp krijgen. Ik heb niets, maar ik heb hoop." Ze voegt er zachtjes aan toe: "We zullen vanavond niets te eten hebben". De man van Isnino kan haar niet helpen bouwen met hun "huis" (hutje) vandaag. Hij is bezig met een hartverscheurende taak: het wassen van het lichaam van zijn neefje, Ibrahim. Hij is twee dagen geleden overleden. "Dat kwam door de honger", zegt Isnino. Ibrahim, 3 jaar oud, stierf in een noodkliniek in Dadaab. Hij maakte dezelfde reis het gezin van Isnino, maar zoals zo velen, kwam hij ziek, hongerig en zwak aan het in het kamp. De dag eindigt bij het graf van Ibrahim. Isnino's man is er niet. Hij probeert tegen beter weten in water te vinden om het kleine lichaam van Ibrahim te wassen. Mannen zijn om de beurt vuil aan het wegscheppen voor het graf van Ibrahim. Het rode vuil vermengt zich met het zand in de lucht. De wind neemt het op, en het maakt de hemel rood. De doodgravers werken temidden van dertig grafheuvels, variërend in grootte. Er zijn grafheuvels met de afmeting voor volwassenen. En er zijn kleine terpen, bedoeld voor kinderen... er zijn heel veel kleine terpen.... Alles wordt bedekt met doornstruiken, zodat wilde dieren niet gaan knagen aan de lijken. De mannen zeggen dat dit het derde kind is dat ze hebben begraven vandaag. Elk nieuw kamp zou een plek moeten krijgen om te begraven, maar er zijn te veel mensen, te weinig ruimte en er sterven er te veel.
“We hebben 90 kilometer gelopen”, vertelt Maryam Hasati, die in het tijdelijke opvangcentrum aan de grens met Ethiopië zit. Ze zit op de grond met haar zoon Molenor (5) en dochter Muslima (3). Ondervoede vrouwen en kinderen krijgen hier twee keer per dag een portie “porridge”, een gele pap met extra voedingsstoffen, eiwitten en vitaminen. Maryam komt uit Cruranbot, een klein plaatsje in Somalië. “We hebben onze geiten en schapen die nog leefden verkocht om eten te kopen en vervoer te regelen”. Maar de auto redde het niet tot aan de grens. “We hebben vier dagen gelopen, samen met mijn oudere broer, mijn man en mijn vijf kinderen. De jongste is 2 en de oudste is 13 jaar.” Ook Maryam is op de vlucht geslagen voor droogte en conflict. 15 dagen wacht ze nu al met haar familie op een plekje in een van de officiële vluchtelingenkampen.

Ibdio zit in een vluchtelingenkamp in Dadaab. Op haar elfde beviel ze van haar eerste kind. Nu is ze een 25-jarige, alleenstaande moeder van drie zonen. Ibdio, haar moeder en kinderen zijn ongeveer tien dagen geleden in Dadaab aangekomen en vonden uiteindelijk een plek in kamp Dagahaley. Door honger en angst gedreven verlieten ze Dinsor in Somalië. Hun verhaal lijkt op dat van alle andere vluchtelingen, 40.000 in totaal, die sinds begin juni naar Dadaab zijn gekomen. Ibdio’s man heeft een week voor vertrek het gezin in de steek gelaten. De twee nog levende koeien heeft hij meegenomen. “Door de droogte gingen onze dieren dood en daardoor is hij gek geworden,” denkt Ibdio. De familie heeft vijftien dagen over de tocht naar Dadaab gedaan en de reis was zwaar en gevaarlijk. De eerste 120 kilometer konden ze nog met een auto afleggen, maar toen die kapot ging moesten ze lopen. Onderweg zag Ibdio hoe ouders hun kinderen begroeven of andersom en ze was constant bang dat dit ook haar zou overkomen. “Met een vrachtwagen zijn we vervolgens naar Dhobley gegaan, aan de grens met Kenia. Daar moesten we al onze bezittingen achterlaten.”
Moeder met haar zwaar ondervoede kindje
Een vrouw bouwt haar hut in het vluchtelingenkamp
Nieuwe graven buiten het vluchtelingenkamp.
Voor sommige mensen was de reis te lang en te uitputtend.
Aid is reaching people in camps but is still not getting to the many in need elsewhere
Hulp bereikt de vluchtelingenkampen, maar ongeveer 4 op de 5
hulpbehoevenden wordt helaas nog niet bereikt.
Hutjes in vluchtelingenkamp Dadaab
Op dit filmpje spreekt een medewerker van Islamic Relief over hun hulp aan Somalië en kan je ook beelden zien van hulp van Islamic Relief


Als jij de Moslims in Somalië wil helpen fi sabilillaah, klik dan op deze link http://www.islamic-relief.nl/Doneren.aspx/Index
Jazak Allahu gairan bi Jannatul Firdaws. Stuur deze mail door aub.

geschreven door zuster Nasriyyah

Geen opmerkingen:

Een reactie posten