zondag 8 november 2009

Gezinstrauma en seksueel misbruik

Gezinstrauma en seksueel misbruik


Veel mensen maken in hun leven een of meerdere crisissen van korte of langere duur door. Over het algemeen verwachten mensen geen verlammende angsten of intens verdriet te ervaren, toch overkomt dit de meeste mensen. Onverwerkte herinneringen uit de jeugd, die gaan opspelen, zijn hiervoor een belangrijke reden. Net zoals de fysieke gezondheid is de psychische gezondheid een voorwaarde om te kunnen leven. Vaak realiseert iemand zich pas hoe cruciaal de psychische gezondheid is als deze wegvalt. Iemand kan zich gedurende een langere tijd intens ellendig en wanhopig voelen, en dit kan overkomen alsof het nooit anders en beter is geweest en het nooit anders zal worden. De kennis dat de meeste mensen in hun leven e챕n of meerdere van deze perioden door zullen maken, zal op zo'n moment nauwelijks als steun ervaren worden. Soms is het zo dat de veroorzakende traumatische periode of episode al lang ver achter iemand ligt. Iemand kan gruwelijke en/of pijnlijke ervaringen in de vroege jeugd of later in het leven hebben meegemaakt. Door een mogelijke trigger, of gewoon spontaan, kunnen deze herinneringen plotseling terug komen, en zich uiten in een deken van somberheid of juist heftige angsten.
Die gevoelens lijken misschien moeilijk te plaatsen. Toch weet men dat ervaringen en gevoelens met gebeurtenissen uit de jeugd te maken hebben. Diepe angsten of fysieke onrust, ervaringen van intense machteloosheid of van wanhoop kunnen meer en meer de overhand nemen en het dagelijkse leven kleuren op een manier zodat alles vastloopt. Zelfvertrouwen en waardering kunnen eveneens ernstig vervormd raken en mede ertoe leiden dat de verlamming groter wordt.

Een voorbeeld van trauma uit de jeugd is seksueel misbruik. Judith Lewis Herman (1981) schrijft daarover "dat voor ieder kind het hebben van seksueel contact met een volwassene, speciaal wanneer het een "betrouwbaar" familielid betreft, een significant trauma is, welke langdurig en schadelijke effecten veroorzaakt.", p.33.



Seksueel misbruik

Nog niet zolang geleden werd seksueel misbruik in het gezin verzwegen en ontkend. Het was een groot taboe. Dat vrouwen daaronder enorm leden, allerlei klachten vertoonden en slecht functioneerden was de prijs die zij betaalden. Echter al in 1896 schrijft Sigmund Freud in zijn werk "The Aetiology of Hysteria and Studies on Hysteria" dat hij het mysterie van de hysterie opgelost had. Als oorzaak van de hysterische klachten die Freud bij veel van zijn vrouwelijke pati챘nten aantrof, lag seksueel misbruik. Vele vrouwen die bij Freud in behandeling waren voor hysterische symptomen, nu somatoforme symptomen genoemd, meldden misbruikt te zijn door hun vader. Dit was schokkend voor Freuds levensbeeld en deze ontdekking zat Freud niet lekker gezien de implicaties die het zou hebben voor het patriarchale gezin. Freud weigerde vaders publiekelijk als agressor te identificeren. Bovendien had hij moeite om te geloven dat seksueel misbruik zo veelvuldig voorkwam. "It was hardly credible that perverted acts by the father against children were so general". Hij komt tot de conclusie dat de verhalen van zijn pati챘nten over seksueel misbruik gebaseerd moesten zijn op fantasie챘n en incestueuze wensen van het kind. Freud schrijft: "Almost all of my woman patients told me that they had been seduced by their father. I was driven to recognize that these reports were untrue and came to understand that the hysterical symptoms are derived from phantasies and not from real occurrences". Een gevolg hiervan was dat decennialang ontkend zou worden wat er werkelijk gebeurde, namelijk het wijdverbreide seksuele misbruik van kinderen door de vader of een ander gezinslid. Het duurt nog vele jaren voordat de wereld het taboe over incest zal doorbreken en erkent dat kinderen meestal niet liegen en fantaseren over seksuele ervaringen met de vader of oom, maar dat dit gruwelijke, veelvoorkomende, waarheden zijn met mogelijke intense gevolgen voor het slachtoffer. Hermann (1981) meldt zelfs dat een vijfde tot een derde van alle vrouwen een vorm van ongewenst seksueel contact in hun kindertijd meemaken, bovendien dat 1 op de 100 vrouwen rapporteerde dat zij seksuele ervaringen met hun vader hadden gehad. Seksueel misbruik treft kinderen van alle leeftijden. Uit een onderzoek van Faller (1989) was meer dan de helft van de kinderen jonger dan 6 jaar. Bovendien kan incest in ieder type gezin voorkomen. Het incest gezin kan evengoed een goed aangepast en goed functionerend gezin zijn als een slecht functionerend gezin.

Uit een onderzoek van Mannerino en Cohen ( 1986) bleek dat 38% van het misbruik gepleegd werd door een vaderfiguur, de rest door een bekende van het gezin. Geschatte verhoudingen meisjes - jongens zijn rond de 87 % meisjes, tegenover 13 % jongens, maar het kan zijn dat het aantal misbruikte jongens ondergerapporteerd is.


Gevolgen seksueel misbruik

Het is heel moeilijk om te zeggen wat de individuele gevolgen zijn van misbruik. Er zijn vele variabelen die hun uitwerking hebben op het welzijn. Deze variabelen hebben te maken met hoe het kind eraan toe was voordat ze misbruikt werd, hoe oud ze was, hoe de band was met anderen bijvoorbeeld de moeder, hoe vaak, ernstig en intens het misbruik was en hoe lang dat heeft geduurd. Men kan wel zeggen dat hoe jonger iemand was toen het begon, hoe langer het heeft geduurd, en hoe hardvochtiger het misbruik, des te groter is de kans dat iemand daar later ernstige last van. De gevolgen kunnen iemands leven behoorlijk ontwrichten. Het ervaren van herbelevingen en vermijdingsgedrag zijn veel voorkomende kenmerken van onverwerkt trauma. Maar ook andere gevolgen kunnen ontstaan na langdurig misbruik. Wanneer iemand bij voorbeeld in de jeugd geen veiligheid ondervond en aldoor op haar/zijn qui vive moest zijn, kan deze persoon op volwassen leeftijd nog steeds "arousal" kenmerken bezitten: men is aldoor op haar/zijn hoede, schrikt gemakkelijk, slaapt onrustig en voelt zich niet (gauw) veilig. Hermann (1992, p. 108) schrijft hierover: "Normal biological cycles of sleep and wakefulness, feeding, and elimination may be chaotically disrupted or minutely overcontrolled. Bedtime may be a time of hightened terror rather then a time of comfort and mealtimes might be times of extreme tension.".

Ook het emotionele leven kan in de war gebracht zijn. Een staat van "dysphoria", namelijk verwarring, agitatie, leegte, en eenzaamheidsgevoelens, kunnen het slachtoffer in haar/zijn greep houden. Naast deze "dysphoria" kan men leiden aan heftige angsten en depressie, zelfs soms pieken in paniekaanvallen, woede en wanhoop.

Ook verijzen, als ijs zijn, geen gevoel meer hebben, dissoci챘ren van wat er is gebeurd, hetgeen in de jeugd een relatief goede bescherming was om te overleven, kan ongewild in de volwassenheid verder ingezet worden. Deze depersonalisatie, derealisatie en anesthesie kunnen door een trigger van buitenaf opgeroepen worden en het contact met het zelf of de omgeving bevreemden. Dit gevoel om buiten jezelf te staan, om niet te voelen, of later juist extreem veel te voelen kan het slachtoffer proberen op te heffen door zichzelf te verminken of door andere zelfdestructieve activiteiten te ontplooien.

Tenslotte blijkt uit onderzoek dat veel slachtoffers van incest met negatieve oordelen kampen. Zowel naar zichzelf toe als naar de wereld in de vorm van weinig positief over zichzelf kunnen denken en moeilijk kunnen vertrouwen. Hoe kan het ook anders wanneer juist degenen die haar/hem hadden moeten beschermen, de ouders of andere volwassen, het niet goed met haar/hem hebben voor gehad en het slachtoffer hebben beschadigd.
Fysiek en mentaal geweld

Chronische onveiligheid door herhaaldelijk fysiek en/of psychisch geweld in het kerngezin cre챘ert bij het kind enorme angsten en machteloosheid en later eventueel depressie en woede. In zo'n gezin worden de normaalste verzorgingstaken gecorrumpeerd. Het gezin leeft in een klimaat van terreur. Het onvoorspelbare en constant aanwezige gevaar leidt ertoe dat het kind niet ontspannen kan, en niet als kind kan leven en genieten. Zij/hij doet vaak al het mogelijke om de dreiging te controleren en uit de weg te gaan en ontwikkelt gevoelige sensoren om zo goed mogelijk gevaar in te schatten. Het gevolg hiervan is dat deze kinderen constant op hun hoede en alert moeten zijn. Regelmatig zijn regels oneerlijk, inconsistent en veranderlijk. Het "thuis" was niet veilig en verstoppen of onopvallend gedragen was hun enige optie. Ofschoon deze kinderen doorlopend bezig zijn op te letten en gevaar in te schatten, moeten ze gelijktijdig stil zijn en niet de aandacht trekken, ook wel "frozen watchfulness" genoemd (Hermann, 1992). Gevolgen van dit misbruik kunnen lijken op die van seksueel misbruik. Het is treurig dat vele overlevenden van fysiek geweld op volwassen leeftijd een gewelddadige partner uitkiezen of juist zelf gewelddadige kanten ontwikkelen.
Niet alleen incest en fysiek geweld kunnen leiden tot klachten op latere leeftijd. Ook affectieve verwaarlozing en de zogenaamde kleine "t" trauma's in de vorm van verbale vernedering en/of geweld kunnen hun littekens achterlaten. Een moeder die bijvoorbeeld haar eigen gevoelens van waardeloosheid projecteert op haar kind ("Jij kan zoiets niet!!"), richt gewild of ongewild veel schade aan en dit kan het gevolg hebben dat dit kind zelf ook met waardeloosheidsgevoelens komt te zitten. Vele jaren later, als het kind reeds lang volwassen geworden is en mogelijk zelf moeder of vader, kunnen ook bij haar/hem gevoelens van waardeloosheid haar/zijn functioneren gaan ontwrichten en verlammen.

Kind als ouder, ouder als kind

Ook gezinnen waarbij het kind als ouder werd behandeld kan bij het kind leiden tot een verscheidenheid aan klachten wanneer het kind volwassen is geworden. Juist bij deze volwassene is het heel moeilijk de vinger "er precies op te leggen" wat nu eigenlijk het rotgevoel veroorzaakt. Er zijn geen duidelijk aanwijsbare oorzaken waarom deze volwassene met klachten worstelt. Vaak weten deze volwassen wel dat het met de jeugd te maken heeft, maar is het moeilijk om in eerste instantie helder te krijgen wat precies het "onwelbevinden" heeft veroorzaakt. Het gezin van herkomst lijkt misschien wel voor de buitenwereld een goed functionerend gezin. Bij doorvragen blijkt dat er echter een rolverwarring heeft plaatsgevonden in de jeugd van dit kind. De ouder is niet in staat geweest om aan de behoeften van dit kind tegemoet te komen. In tegenstelling, de ouder had zelf behoeften en gebruikte het kind om deze behoeften te bevredigen. Het kind kreeg mogelijk boodschappen van de ouder om op de ouder te letten en de ouder te helpen. Als het kind hieraan niet voldeed dan kroop de ouder in de slachtoffer rol, of werd de ouder overkritisch. Er werd niet onvoorwaardelijk om dit kind gegeven en het kind werd niet emotioneel/psychisch verzorgd, er werd niet (genoeg) geluisterd naar de behoeften van dit kind. De ouder was emotioneel en psychologisch afwezig, de functie van het kind was juist om aandacht, zorg en bewondering aan de ouder te geven.

Deze kinderen weten vaak niet anders en gaan in hun volwassenheid ermee door om op anderen te letten en voor anderen te zorgen en schaden daarmee hun eigen belangen. Uiteindelijk nemen gevoelens van leegte, somberheid, gevoel van ge챘xploiteerd of gemanipuleerd te worden het over. Mogelijk andere reacties zijn over-emotioneel reageren, buitenproportioneel verzet en rebellie naar de ouder of partner, overkritisch zijn naar anderen, naar het zelf of heftig op kritiek reagerend.


Is hulp altijd nodig of bij wie is dit nodig

Is het nu altijd zo dat trauma's in het gezin moeten leiden tot slecht functionerende volwassenen? Nou nee helemaal niet. Sterker nog, de meeste mensen zijn gedurende een groot deel van hun leven in staat redelijk goed tot goed te functioneren. Het is juist zo indrukwekkend dat vele kinderen toch een weg vinden om te overleven, toch een manier vinden om met hele nare omstandigheden en /of trauma 's om te gaan. Vaak moeten zij daar echter wel een prijs voor betalen als zij ouder zijn, in de vorm van negatieve zelfwaarderingen en/of crisissen die zich op een bepaalde periode in hun leven voordoen. Er zijn dan triggers te vinden die de weggestopte traumatische ervaringen weer leven inblazen en het systeem kwetsbaar maken. Ook kan het zijn dat iemand onbewust zijn/haar trauma's herhaalt en zelfs doorgeeft aan volgende generaties door zijn/haar kinderen te traumatiseren.
Als iemand goed functioneert en zich fijn voelt is behandeling niet nodig. Het kan echter zijn dat dit verandert, dat iemand zich, door wat dan ook, slechter gaat voelen, dat hij of zij herbelevingen gaat krijgen, of dat iemand het werk niet meer aan kan, doordat er bijvoorbeeld een persoon rondloopt op wie hij/zij heel sterk reageert, of omdat iemand zich ontzettend rot begint te voelen, schrikreacties ervaart, nachtmerries heeft of triggers begint te vermijden. Dit kunnen aanleidingen zijn om wel hulp te gaan zoeken.
Wat voor behandeling helpt bij traumaverwerking

Belangrijk is dat je je goed voelt bij de therapeut, dat het klikt, dat je vooruit gaat en dat je altijd weg kan gaan als je niet meer wilt, het niet klikt of je niet vooruit gaat. Kies iemand uit die ervaring heeft met complexe trauma verwerking. Er bestaan verschillende methoden om trauma klachten te behandelen. Vroeger werden trauma's veelal, als ze al behandeld werden, met een vorm van gedragstherapie, namelijk confrontatie, behandeld. Tegenwoordig zijn er meerdere specifieke traumabehandelingsmethoden ontwikkeld waarvan sommige uitgebreid getest zijn door middel van gecontroleerd onderzoek en anderen minder of helemaal niet. De methode die op dit moment de beste resultaten boekt bij enkelvoudige trauma is EMD

Geen opmerkingen:

Een reactie posten