dinsdag 13 oktober 2009

Schizotypische persoonlijkheidsstoornis (STPS)

Schizotypische persoonlijkheidsstoornis (STPS)



Een ongemakkelijk gevoel in contact met anderen, eigenaardig gedrag, idee챘n die ver weg raken bij de realiteit en moeite met intieme relaties kenmerken de schizotypische cli챘nt. Ook kunnen psychotische verschijnselen optreden.


Diagnostische criteria voor de schizotypische persoonlijkheidsstoornis (DSM-IV):



De cli챘nt ervaart een diepgaand patroon van sociale en intermenselijke beperkingen gekenmerkt door een gevoel van ongemak bij intieme relaties. Er bestaat een verminderd vermogen tot het aangaan van intieme relaties ingegeven door eigenaardigheden in het gedrag. Dit kan onder andere blijken uit het volgende.

De client:

heeft eigenaardige overtuigingen of magische denkbeelden die het gedrag zeer be챦nvloeden.


heeft ongewone waarnemingen en betrekkingsideeen.


heeft vaak merkwaardige gedachten en een wijdlopige, vage en detaillistische spraak.


is achterdochtig.


kent een zeer ingeperkt gevoelsleven.


gedraagt zich vaak zonderling, excentriek of vreemd in zijn gedrag of uiterlijk.


heeft geen intieme vrienden of vertrouwelingen buiten de eigen familie.


heeft een buitensporige angst die niet afneemt in een vertrouwde omgeving.



Toelichting



Schizotypische mensen gedragen zich vaak vreemd en bizar. Het gedrag kenmerkt zich door een ongemakkelijk, wantrouwend gevoel en merkwaardige idee챘n c.q. overtuigingen. Soms praten zij in metaforen of zeer stereotiep en ogen zij kil in hun gevoelsuitingen. Zij ervaren contact met anderen als bedreigend en stellen zich wantrouwend op. Zij zullen anderen niet snel aan zich binden en leven ge챦soleerd. Vaak komen betrekkingsideeen en magisch denken voor bijvoorbeeld bijgelovigheid, helderziendheid, telepathie of 'zesde zintuig'.


Het denken van mensen met STPS wordt gekenmerkt door bizarre gedachten die niet passend zijn met de realiteit. Deze houding leidt tot een slecht sociaal funktioneren. Vaak lijden deze mensen ook aan klachten met psychotische kenmerken.



* De DSM-IV-criteria zijn overgenomen uit:


Vandereycken, W, Hoogduin, CAL & Emmelkamp, PMG (2000). Handboek Psychopathologie, deel 1 basisbegrippen. Bohn Stafleu Van Loghum, Houten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten