vrijdag 25 september 2009

Gewoon moe of is er meer aan de hand

Gewoon moe? Of is er meer aan de hand?

Vraag mensen waarvan ze de afgelopen twee weken last hebben gehad en 36 procent zegt: vermoeidheid. Daarmee staat het op de tweede plaats van veel voorkomende klachten, na hoofdpijn. Er zijn meer soorten vermoeidheid. Met ieder hun eigen oplossing.

Bent u geleidelijk aan steeds vermoeider geworden?

Merkte u dat niet zo, tot u uw energieniveau ging vergelijken met dat van een paar maanden geleden? Ziet u ook witjes, bent u snel buiten adem en af en toe wat duizelig? Dan kan het wel eens BLOEDARMOEDE zijn.

Bloedarmoede, vaak een gevolg van ijzertekort, kan voor vermoeidheid zorgen omdat de organen niet genoeg zuurstof meer krijgen. Die zuurstof wordt vervoerd door rode bloedlichaampjes, en die kunnen hun taak niet goed vervullen met te weinig ijzer. Wie te weinig ijzer binnenkrijgt of te veel verliest, merkt dat meestal niet direct, want het lichaam heeft een voorraadje ijzer dat wordt aangesproken in tijden van nood. Pas als dat voorraadje geleidelijk opraakt en de inname van ijzer te laag blíjft of het ijzer te snel afbreekt (wat bijvoorbeeld kan gebeuren bij vrouwen met een hevige menstruatie), komen de symptomen langzaam op. Vermoeidheid is er daar één van, vaak in combinatie met een bleke huid, een verminderd uithoudingsvermogen en duizelingen.
Of u een ijzertekort heeft, kan de huisarts bepalen met bloedonderzoek. Bloedarmoede kan overigens ook worden veroorzaakt door een tekort aan vitamine B12 of foliumzuur, maar dat is veel zeldzamer.

Wat kunt u doen?
Een ijzertekort is wel te voorkomen met voldoende ijzerrijke voeding (brood, vlees of vleesvervangers, gedroogd fruit, noten), maar níet op te lossen met slimmere voeding alleen. In theorie zou het wel kunnen, maar wie het blijkbaar al langere tijd niet lukt om de normale dagelijkse hoeveelheden binnen te krijgen, krijgt het over het algemeen niet voor elkaar het eetpatroon zó drastisch aan te passen dat een tekort ‘ingelopen’ kan worden. Vandaar dat de huisarts bij vastgesteld ijzertekort vaak ijzertabletten voorschrijft. Die kun je beter niet op eigen houtje en zonder goeie diagnose slikken: ijzertekort kan (onder andere) ook komen doordat het lichaam het ijzer dat binnenkomt, niet goed opneemt, en dan doen ijzerpillen meer kwaad dan goed. Te veel ijzer kan bijvoorbeeld lever en darmen beschadigen.
De aanbevolen dagelijkse hoeveelheid ijzer is voor mannen van vijftig jaar en ouder 9 milligram per dag, voor vrouwen van die leeftijd 8 milligram. Jongere vrouwen hebben meer nodig, namelijk zo’n 15 milligram per dag (zij verliezen meer ijzer door de menstruatie). Vijftigplussers krijgen dagelijks voldoende binnen met bijvoorbeeld vier tot zes sneden bruin brood of volkorenbrood, één portie vlees of vleesvervanger, drie aardappels, twee opscheplepels groente en een eitje.



Werkt uw hele lichaam op een lager pitje?

En merkt u dat niet alleen door vermoeidheid, maar bijvoorbeeld ook doordat u sneller buiten adem bent, sneller spierpijn heeft en vaak kouwelijk bent? Merkt u misschien zelfs dat u langzamer praat en uw hartritme daalt, uw haar en nagels breekbaarder zijn, u problemen heeft met de stoelgang en steeds iets zwaarder wordt? Heeft u misschien ook een wat opgezwollen gezicht of een zwelling in de hals? Dan kan het probleem wel eens in de SCHILDKLIER zitten.

De schildklier (een kleine klier in de hals) produceert hormonen, met name het hormoon T4. Als de schildklier niet of te langzaam werkt, ontstaat er een tekort aan T4 én aan een hormoon dat het lichaam uit T4 maakt, genaamd T3. Die twee hormonen moeten het lichaam aanzetten tot activiteit en energieverbruik, en een tekort maakt het lichaam dus sloom en traag. Een tekort aan schildklierhormonen wordt meestal veroorzaakt door een (chronische) ontsteking, maar ook een aangeboren afwijking, een chirurgische ingreep of bepaalde medicijnen (vooral medicijnen om juist een te snel werkende schildklier te corrigeren) kunnen problemen geven.

Wat kunt u doen?
De enige remedie is een behandeling met kunstmatig schildklierhormoon. Daarvoor kunt u soms bij de huisarts terecht, maar vaak wordt de behandeling ook door een specialist gedaan, zoals door een internist bijvoorbeeld of endocrinoloog (een specialist in hormonen).



Bent u besluiteloos moe?

Kunt u ’s ochtends soms niet uit bed komen omdat u gewoon niet weet of u eerst uw linker- of rechterbeen uit bed zult zwaaien? Drinkt u te weinig omdat u niet kunt kiezen tussen thee of koffie en blijft u dus maar op de bank zitten (of liggen)? Is uw eetlust verminderd, zijn uw nachten doorwaakt, is uw seksuele belangstelling verdwenen en taalt u niet naar sociale contacten of vroegere hobby’s? Flinke kans dat u moe bent vanwege een DEPRESSIE.

Een depressie is een akelige cirkel: je hebt nergens zin in, het lukt niet zelfs maar de kleinste besluiten te nemen en vanwege de inactiviteit die dat oplevert, wordt de vermoeidheid alleen maar erger. De vermoeidheid bepaalt de dagen zo erg, dat mensen met een depressie vaak eerder met vermoeidheidsklachten naar de huisarts gaan dan met klachten over somberheid en neerslachtigheid. Bij een depressie is ook het systeem van stoffen die boodschappen doorgeven in de hersenen, de zogenoemde neurotransmitters, verstoord, vaak veroorzaakt door de ontregelende werking van stress. Maar hoe dat allemaal precies werkt, en of de depressie nu vooral oorzaak of gevolg is van een ontregeling van allerlei chemische stofjes in het lichaam, is nog niet helemaal duidelijk.

Wat kunt u doen?
Wat wél vaststaat, is dat het helpt de cirkel van nietsdoen en daardoor steeds vermoeider en depressiever worden, te doorbreken. Met andere woorden: actief worden, al is het maar een beetje. Een wandeling in de buitenlucht bijvoorbeeld, kan iets positiefs als wat meer eetlust op gang brengen; op tijd opstaan en aan de dag beginnen geeft wat ritme aan de dagen en doorbreekt de besluiteloosheid (al is het maar de besluiteloosheid over opstaan of niet opstaan). Lukt het niet de cirkel zelf te doorbreken, dan is de huisarts de aangewezen persoon om u te helpen. Bij milde depressies kiezen steeds meer huisartsen voor ‘waakzaam wachten’; er wordt dan niet meteen ingegrepen met medicijnen of therapie, maar eerst gewacht. En dat is wat anders dan ‘niets doen’: de patiënt komt geregeld op consult en de huisarts bekijkt hoe het verloop van de depressie is. Pas als deze aanpak niet binnen een paar weken verbeteringen oplevert, worden medicijnen gegeven of wordt met therapie begonnen. ‘Waakzaam wachten’ is vooral een goede optie bij een beginnende en milde depressies: die gaan nogal eens binnen drie maanden vanzelf weer over. In andere gevallen kan een depressie vaak effectief bestreden worden met antidepressiva, soms gecombineerd met gesprekstherapie. Let op: hoe eerder u erbij bent, hoe meer kans op genezing en hoe minder kans dat de depressie later terugkomt, dus wacht niet te lang met het inschakelen van professionele hulp!



Bent u overdag soms ineens erg slaperig?

En valt u dan zomaar plotseling (bijna) in slaap, bijvoorbeeld tijdens het tv kijken, het lezen van de krant of tijdens het autorijden? Heeft u het idee dat u ’s nachts prima slaapt, maar klaagt uw partner over uw gesnurk en zegt zij (of hij) dat u ’s nachts soms stopt met ademhalen? Merkt u daarbij dat u sneller geïrriteerd bent, dat u concentratieproblemen heeft en vergeetachtig wordt? Dan heeft u misschien last van SLAAPAPNEU.

Mensen die last hebben van, zoals het officieel heet, het Slaapapneu Syndroom, dénken dat ze ’s nachts prima slapen, maar feitelijk wordt de slaap vrijwel elke nacht een paar keer tot wel tientallen keren onderbroken doordat de ademhaling stopt en met een schok weer op gang komt. De ademhaling stopt doordat de spieren te sterk ontspannen en de zachte delen in de keel de ademhaling blokkeren, of omdat de hersenen niet genoeg ademhalingsprikkels geven. Het ademen kan wel een paar minuten stoppen, en uit een reflex komt die met een schok(je) weer op gang. De partner wordt wakker van het stoppen of weer op gang komen van de ademhaling, maar de patiënt zelf merkt er niets van en denkt dat hij prima slaapt. De onderbroken nacht zorgt voor plotselinge slaperigheid overdag, en is ook de oorzaak van vergeetachtigheid, concentratieproblemen en prikkelbaarheid. Apneu kan ernstige gevolgen hebben, tot verhoogde bloeddruk en hartrimtestoornissen aan toe.

Wat kunt u doen?
Op eigen houtje niet zoveel, al kan het aantal apneu’s per nacht afnemen als u zich aan bepaalde leefregels houdt, zoals niet roken, geen alcohol drinken voor het naar bed gaan en geen slaapmiddelen gebruiken. Alcohol en slaapmiddelen maken de spieren immers nóg slapper en dat helpt niet voor een goede ademhaling. Roken irriteert de luchtwegen en kan apneu’s ook verergeren. Meestal is meer nodig om het probleem écht aan te pakken, namelijk een pomp naast het bed die via een slang en een masker lucht naar binnen blaast en zo de luchtwegen openhoudt. Het is even wennen natuurlijk, slapen met een masker op, maar het verschil in slaperigheid en geïrriteerdheid is vaak al na één nacht te merken!



Raakt u zelfs gevloerd door de kleinste inspanning?

Rust u van slapen niet uit en moet u van vermoeidheid naar bed na iets kleins als een brief posten of douchen? Wílt u van alles maar werkt uw lichaam gewoon niet mee, en ontwricht dat uw dagelijks leven? En heeft u daarnaast last van pijnlijke gewrichten, spier-, keel- of hoofdpijn? Zijn er concentratieproblemen en is er geheugenverlies? Dan heeft u misschien wel het CHRONISCH VERMOEIDHEIDSSYNDROOM.

Over het chronisch vermoeidheidssyndroom (cvs) is nog veel níet bekend: wat de oorzaak is bijvoorbeeld, wat er precies in het vermoeide lichaam gebeurt en waarom sommige patiënten wel en andere niet reageren op behandelingen. Feit is dat het vaak begint na een infectie of operatie, of na een periode van (geestelijke of lichamelijke) overbelasting, of na een zwangerschap. Waarom de ene persoon daar met extreme vermoeidheid op reageert en de ander niet, is ook een onbeantwoorde vraag. Ander feit is dat de ziekte nogal eens in stand wordt gehouden door de lethargie die de vermoeidheid oproept: patiënten verergeren de situatie door aan de vermoeidheid toe te geven en hele of halve dagen gestrekt in bed door te brengen. Door nauwelijks actief te zijn, raakt het lichaam echter alleen maar meer van slag: het dag- en nachtritme wordt om zeep geholpen, en het lukt niet meer onderscheid te maken tussen moe zijn door activiteit en moe zijn door nietsdoen.

Wat kunt u doen?
Naar de huisarts gaan, hoe moe u ook bent. Die kan allereerst onderzoeken of er niet iets lichamelijks aan de hand is dat behandeling behoeft. Als andere ziektes of aandoeningen zijn uitgesloten, geldt vaak: rust roest. Met andere woorden: in plaats van toe te geven aan de voortdurende en afmattende vermoeidheid, is het zaak het leven stapsgewijs weer op te bouwen. Het begin kan een wandelingetje van twee minuten zijn of het voorschrift niet eerder naar bed te gaan dan om tien uur ’s avonds. Tegelijkertijd wordt gewerkt aan gedachten over vermoeidheid en activiteit die de vermoeidheid mede in stand houden. Deze methode, ontwikkeld en meer en meer verspreid door het Kenniscentrum Chronische Vermoeidheid van het UMC St. Radboud in Nijmegen, is effectief voor zo’n zeventig procent van de mensen met cvs.



Bij de pakken neer
Last van vermoeidheid, en heeft de huisarts lichamelijke oorzaken uitgesloten? En bent u nog niet langer dan een half jaar moe? Goed nieuws: (vooralsnog) onbegrepen vermoeidheid gaat vaak vanzelf bínn(en een half jaar weer over, en kan dus zelfs na vier, vijf maanden nog verdwijnen zonder medisch ingrijpen. Daarvoor is het wel zaak zo actief mogelijk te blijven en niet van meet af aan bij de pakken neer te zitten en te doemdenken over de vermoeidheid. Pas als deze onbegrepen vermoeidheid minstens een half jaar duurt, wordt het in medische zin een chronische kwestie.

http://www.frederike.nl/cgi-bin/scripts/db.cgi?&ID=402&ww=1&view_records=1

Geen opmerkingen:

Een reactie posten